> knutsels > Draper

Zeeman knutsel:
Draper

thema
winter
techniek
breien
moeilijkheid
makkelijk
printen

Garen: 1,5 bol Royal 03-1284
Naalden: 1 set breinaalden van 5 mm

GEBRUIKTE TECHNIEKEN
Opzetten
Recht breien
Averecht breien
Kabels
Afkanten

STEKENVERHOUDING
23 steken/
24 naalden in
tricotsteek =
10 x 10 cm

AFMETINGEN
18 cm breed, zo
lang als je wilt.
Moet wel 2 keer om
het hoofd kunnen.

PATROONNOTITIES
Kabels breien is helemaal niet moeilijk! Je kunt er speciale
naalden voor kopen maar je kan ook een grote veiligheidsspeld
gebruiken. In het boekje ‘Breien’ van de Zeeman staat het heel
duidelijk in beschreven.
Deze kabel is 13 steken lang. Aan beide kanten moet je een
aantal steken averecht breien (goede kant). Aan beide einden
heb ik 4 steken recht (2 naalden), en de volgende 2 naalden
4 steken averecht gedaan. Zo krult je sjaal niet zo om.

Uitleg steken
We maken hier een kabel met een gerstekorrelsteek in het
midden. Dat wil zeggen, waar je de vorige keer een averechte
steek hebt gebreid, brei je nu een rechte steek. En andersom ook.
Kabels zijn bijna altijd recht gebreid op de goede kant. Wat er
gebeurt bij een kabel, is dat je een aantal steken even parkeert
op een andere naald, en verdergaat met breien op je naald in je
linkerhand. Na een bepaald aantal steken brei je de steken op je
kabelnaald. Zo krijg je een soort vlecht in je breiwerk. Als je dit
even later nog een keer doet dan gaat de vlecht weer de andere
kant op. Je kunt zo hele mooie patronen maken.

PATROON (hier begint het echte werk!)
De kabel is 13 steken breed. Aan beide kanten moet je er
een even aantal steken bij. Ik heb gekozen voor 39 steken,
dus 13+13+13. Het is wel aan de brede kant, dus je zou het
wat smaller kunnen maken. Aan beide einden heb ik 4 regels
averecht (2 naalden) en de volgende 2 naalden recht).
Je ziet het allemaal in het patroon. Dit patroon heeft 16 toeren
en staat trouwens ook in het Zeeman boekje over breien.
Het heet het Medaillon.

Toer 1: (goede kant) 4 recht, 9 averecht, 4 recht breien, dan
3 keer van * tot *: *1averecht, 1 recht*, 3 recht, 9 averecht,
4 recht

Toer 2: 4 averecht, 9 recht, 3 averecht, dan 4 keer van *tot *:
*1 recht, 1 averecht*, 2 averecht, 9 recht, 4 averecht.

Toer 3: 13 averecht, 4 recht, dan 3 keer van * tot *:
*1 averecht, 1 recht*, 3 recht, 13 averecht.

Toer 4: 13 recht, 3 averecht, dan 4 keer van *tot*: *1 recht,
1 averecht*, 2 averecht, 13 recht.

Toer 5: 4 recht, 9 averecht, 3 steken op de kabelnaald zetten
en voor het werk houden, de 3 volgende steken recht breien,
vervolgens de 3 steken van de kabelnaald recht breien,
1 averecht, 3 steken op de kabelnaald zetten en achter het
werk houden, daarna de 3 volgende steken recht breien
en vervolgens de 3 steken op de kabelnaald recht breien,
9 averecht, 4 recht.

Toer 6: 4 averecht, 9 recht, 13 averecht, 9 recht, 4 averecht.

Toer 7: 13 averecht, 13 recht, 13 averecht.

Toer 8: 13 recht, 13 averecht, 13 recht.

Toer 9: 4 recht, 9 averecht, 13 recht, 9 averecht, 4 recht.

Toer 10: 4 averecht, 9 recht, 13 averecht, 9 recht, 4 averecht,.

Toer 11: 13 averecht, 13 recht, 13 averecht.

Toer 12: 13 recht, 13 averecht, 13 recht.

Toer 13: 4 recht, 9 averecht, zet 3 steken op de kabelnaald
en plaats het achter je werk, brei de 3 volgende steken recht,
brei daarna de 3 steken van de kabelnaald recht, 1 recht, zet
3 steken op de kabelnaald en plaats het voor je werk, brei de
3 volgende steken recht, brei de 3 steken van de kabelnaald
recht, 9 averecht, 4 recht.

Toer 14: Herhaal Toer 2

Toer 15: Herhaal Toer 3

Toer 16: Herhaal Toer 4

AFWERKING
Als je losse eindjes hebt van bijvoorbeeld het einde van een
bol wol, doe die draad dan door een naald en weef hem
zigzaggend in je werk. Zorg dat het zo min mogelijk opvalt.
Je hoeft er geen knoopje in te maken omdat het zigzaggen al
stevig genoeg zal zijn. Laat na het afkanten een lange draad
over om de sjaal mee aan elkaar te naaien. Het is belangrijk
dat het patroon aansluit, dus eindig ook met de 16e Toer.
Naai de sjaaleinden aan elkaar en zorg dat je elke steek met
zijn tegenhanger aan de andere kant vastnaait, zodat het
patroon mooi doorloopt. En dan inweven zoals met de andere
losse einden.

Veel breiplezier!