Garen: 2 bollen Bianca
Naalden: 1 set breinaalden van 5, 6 en 8 mm, rondbreinaalden van 5 en 6 mm, haaknaald 4,5 en 1 maasnaald voor de afwerking
GEBRUIKTE TECHNIEKEN
Opzetten
Recht breien
Averecht breien
Minderen
Meerderen
STEKENVERHOUDING
17 steken/22,5 naalden = 10 x 10 cm
AFMETINGEN
Hoofdomtrek:
52-60 cm
PATROONNOTITIES
De muts wordt rond gebreid.
1 maat
Uitleg steken
Boordsteek 1/1: brei 1 steek recht en 1 steek averecht,
herhaal tot eind.
Tricotsteek (op rechte naalden): brei alle steken van de eerste
naald recht, brei dan alle steken van de teruggaande naald
averecht. Herhaal tot eind.
Tricotsteek (op rondbreinaalden): brei alle steken
van elke toer recht.
1 steek meerderen door een tussenliggende meerdering
te breien:
A Neem met de linkernaald van voren naar achteren de
draad op die de zojuist gebreide steken verbindt met
de volgende steek.
B Brei met de achterdraaad van de zo verkregen lus
1 rechte steek. De nieuwe steek ligt schuin naar links.
1 steek minderen door 2 steken recht samen te breien: steek
de rechternaald eerst door de lus van de tweede steek op de
linkernaald en dan meteen door de lus van de eerste steek op
de linkernaald, brei nu de twee steken alsof het een steek is.
PATROON (hier begint het echte werk!)
Voor de muts:
– Zet met de rondbreinaald van 5 mm 86 steken op, sluit
en brei 4 cm in boordsteek 1/1.
– Brei met de rondbreinaald van 6 mm in tricotsteek verder
en meerder voor de bol in de 1e ronde gelijkmatig verdeeld
25 steken (111 steken).
– Brei 5 ronden, meerder in de volgende ronde gelijkmatig
verdeeld 15 steken (= 126 steken).
– Brei 5 ronden, meerder in de volgende ronde gelijkmatig
verdeeld 10 steken (= 136 steken).
– Brei 10 ronden, dan de steken als volgt minderen door
ze recht samen te breien:
– in de volgende ronde elke 7e en 8e steek (= 119 steken).
– in de 6e ronde elke 6e en 7de naald (= 102 steken).
– in de volgende 4e ronde elke 5e en 6e steek (= 85 steken).
– in de volgende 4e ronde elke 4e en 5e steek (= 68 steken).
– in de volgende 4e ronde elke 3e en 4e steek (= 51 steken).
– in de volgende 2e ronde elke 2e en 3e steek (= 34 steken).
– in de volgende 2e ronde steeds 2 steken recht samen
breien (= 17 steken)
– in de volgende 2e ronde weer steeds 2 steken recht samen
breien (= 9 steken).
Trek de laatste steken met de draad samen.
AFWERKING
Maak een pompon:
– Knip uit een stevig stuk karton een cirkel met een doorsnede
van 13 cm. En knip een cirkel met een doorsnede van
ongeveer 4 cm uit het precieze midden van de grote cirkel.
Knip van de buitenkant naar de binnenste cirkel
een inkeping van ongeveer een halve centimeter:
helemaal van boven naar beneden. Hier wikkel je straks
het garen tussendoor.
– Maak op dezelfde manier een tweede cirkel.
– Plaats beide cirkels op elkaar en omwindt ze met garen
totdat het midden is opgevuld.
– Steek een schaar tussen beide kartonnen delen en knip
de draden door op de rand.
– Trek de cirkels uit elkaar, wikkel een los stuk draad
stevig rondom, maak een driedubbele knoop en laat de
eindjes langer dan de rest van de draadjes. Verwijder de
kartonnetjes en knip de pompon rondom mooi gelijk.
– Naai de pompon vast op de muts met de langere draden
waarmee je de knoop hebt gemaakt.
Werk de losse draadjes netjes weg met de maasnaald.
Veel breiplezier!